150 gr. zoutvlees 150 gr. bakkeljauw 1 eetl. margarine of boter 1 ui 1 tomaat ½ groene peper in stukjes of zwarte peper 200 gr. korenmeel (maïsmeel) 1 takje selderij.
De bakkeljauw en het zoutvlees schoonmaken, wassen en een paar uur in warm water laten staan. Het vlees en de vis een half uur laten koken met stukjes ui, tomaat, selderij en de stukjes peper in een halve liter water. Het korenmeel oplossen met een glas water en dit mengsel onder voortdurend roeren mengen met het vlees/vismengsel dat nog op vuur staat. De boter erdoor roeren en blijven roeren totdat het een dikke brij is. Het vlammetje lager draaien, het deksel op de pan doen en de atoetoe verder stomen. Proeven, ingeval er nog wat zout bij moet liever wat zout water toevoegen daar dat beter intrekt. Als de atoetoe wat afgekoeld is deze in stukken snijden en eten als rijst
