Een overheerlijk drankje van kokosmelk uit de Surinaams-Javaanse keuken. Ingrediënten: kokosmelk suiker sereh (moet vers zijn) kola-, rozen- of pandan-essence maizena Hoe maak je kokosmelk? Je kunt het in blik kopen (is niets mis mee) of je moet het zelf winnen uit een kokosnoot. Breek een rijpe kokosnoot en haal het witte vruchtvlees eruit. Rasp of maal dat fijn. Hoe fijner, hoe beter. Meng het geraspte kokosvlees door heet water. Knijp het uit in een stevige schone doek. Verwarm de kokosmelk in een pan. Voeg er zonodig water bij. Van een gemiddelde kokosnoot krijg je ruim een halve liter dawet; van een ¼literblik een hele liter. Voeg er suiker bij: per liter 150 gram, wat meer voor de echte zoetekauwen, en verder de sereh. Kook dit alles op zodat de suiker oplost. Laat het nu afkoelen en voeg de kola-, rozen- of pandan-essence toe. Pas op: pandan-essence is vaak erg sterk. Druppelsgewijs toevoegen totdat het voldoende smaakt.
Door dawet horen de maizenasliertjes. Die zijn vrij lastig te maken. Niet iedereen weet ze te waarderen, dus weglaten is een optie. Kook water met maizena erin totdat een halfdikke pap ontstaat. Doe deze in een vergiet met daaronder een pan ijskoud water. Druk de maizenapap door de vergiet heen. Door het koude water worden de sliertjes stevig en plakken ze niet aan elkaar. Giet het voorzichtig af en doe de maizenaslierten door de dawet.
Dawet 'light' Gebruik de helft van de hoeveelheid suiker en vul het aan met een vloeibare zoetstof op basis van cyclamaat/saccharine of aspartaam. Geen zoetstofpoeder gebruiken, dit bevat een vulmiddel dat een puinhoop geeft
