Niemand die me DEen lief en wonderlijk zonnestraal, Zoveel betekenend, inhoudelijk haar eigen verhaal. De wateren temidden de zwijgende bomen, Wanen mij weg, in momenten van dromen. Een kleurijk geheel van rust en eenzaamheid, Veel betekenend zijn ze, met geen notie van tijd. De stralen verzachten en de zon doet haar werk, De pijn in mijn ogen, is me even te sterk. Ik kan het niet laten, haar neder te zien dalen, en neem daarvoor de tijd, zonder gedachten, zonder te dwalen. Respect voor haar uiterlijk, ontzag om haar kracht, Respect voor haar warmte, eerbied om haar macht. Een enkel zonnestraal lacht mij nog even tegemoet, En ik draai me om, haar nederig begroet. Zon in de duisternis, zon van het licht, Je werk is voltooid, vredig sluiten mijn ogen dicht!it ontnemen kan
kenneth